De Zuidelijke Shaolin tempel

De Zuidelijke Shaolin tempels

In verschillende delen van China bestonden nog 5 andere tempelkloosters die de naam Shaolin, of zich in ieder geval ook bezig hielden met de vechtkunsten droegen. Of deze tempels de naam Shaolin droegen omdat de zowel religieuze als martiale centra waren, of omdat de monniken er het Chanboeddhisme beleden is onbekend. Wel is bekend dat de vechtkunsten in meerdere kloosters werden gebruikt als instrumenten voor spirituele vervolmaking. Of de diverse Shaolin kloosters buitenposten waren onder voogdij van het centraal gelegen tempelklooster in de bergen van Songshan, of dat het onafhankelijke, concurrende kloosters waren, is ook niet bekend. Zeer waarschijnlijk is dat deze kloosters niet daadwerkelijk de naam Shaolin droegen, maar slechts de praktijken overnamen van de Shaolin tempel in Henan. Het boeddhisme ontwikkelde zich in vele vormen en het Shaolin-Boeddhisme, om het zo maar even te noemen, is een onwikkeling vanuit het Boeddhisme zoals Damo het gestart zou hebben. Net zoals er in Japan (maar ook in China) later vele andere richtingen en praktijken zijn ontstaan uit het (Chan) Boeddhisme.

Alhoewel er in de legendes gesproken wordt over verschillende andere tempels, zijn de verhalen over een andere, de zuidelijke, tempel het talrijkst. Deze tempel zou gesitueerd zijn geweest in de provincie Fujian. In de streek Zhuanzhou bij de berg Jiulianshan (9 Lotus berg). Een probleem is dat ergens anders in de provincie Fujian, vlak bij de provincie Guandong, ook een berg staat die in de volksmond bekend stond onder de naam Jiulianshan. Ook hier stond een tempel, waarvan sommigen ook weer zeggen dat deze connecties had met de Noordelijke tempel. Toch wordt deze tempel niet als de Zuidelijke Shaolin tempel gezien.

Men zegt dat een ene Ta Zun shen deze tempel heeft gebouwd. Ook deze tempel werd na verloop van tijd een centrum van vechtkunst activiteiten, en zou een belangrijke rol hebben gespeeld in de politieke geschiedenis van verschillende dynastieën. Veel van de data over deze tempel is niet te verifiëren. Er zijn geen gegevens uit die tijd bekend over een Zuidelijke Shaolin tempel, maar de legenden en verhalen zijn hardnekkig. De verhalen en legenden die betrekking hebben op de Zuidelijke Shaolin tempel zijn doorspekt met politieke intriges en verhalen over het ontstaan van de geheime genootschappen, zoals de Hong beweging en andere triades. Veel van deze verhalen en legendes zijn vermengt met de echte geschiedenis van de Songshan Shaolin tempel, wat het ontwarren van de kluwen van fictie en waarheid niet vergemakkelijkt.

Over de ontstaansgeschiedenis van de Zuidelijke Shaolin tempel is moeilijk iets te zeggen. Uit verschillende bronnen, verhalen en legendes is het volgende op te maken.

In 1736 werd de Songshan Shaolin tempel aangevallen en bijna compleet vernietigd. Dit zou door de Manchu’s gebeurt moeten zijn. Slechts enkelen wisten te ontsnappen en trokken naar het zuiden om daar een nieuwe tempel te stichten. Dit is dan de Zuidelijke Shaolin tempel in Fujian. Er wordt gezegd dat 5 grote meesters in de tempel woonden:

        • Zhi Zan, de hoofdpriester;
        • Wu Mei (Ng Mui in het Cantonees)
        • Bai Mei
        • Miao Xian
        • Feng Dao De

Deze ontwikkelde verschillende stijlen die nu bekend staan als de zuidelijke stijlen. Soms is de naam Shaolin nog terug te vinden, maar vaak ook niet. Bekende vechtkunststijlen die in deze tempel zijn onstaan zijn o.a.: het Zuid Shaolin, Wing Chun, Kraanvogel stijl, Choy Lee Fat, Bai Mei, Hung Gar etc. Meer dan 5 meesters wisten te ontsnappen uit de Noordelijke tempel en brachten het Shaolin buiten de Shaolin tempel. Zij trokken door het hele land, al dan als monnik. Sommige bleven in de buurt van de Tempel wonen, en gingen er ‘s nachts in het geheim oefenen. Velen gingen naar andere tempelkloosters. Sommigen begonnen voor hun brood de vechtkunsten te onderwijzen, andere gingen bij de Opera van Peking. Velen gaven de vechtkunsten nieuwe namen, om de naam Shaolin te verbergen. Vaak gaven zij hun eigen familienaam aan de stijl, hierdoor zijn er talloze op het Shaolin gebaseerde vechtkunsten ontstaan.

De tempel bleef bestaan tot 1768. Toch wist de tempel een grote naamsbekendheid op de bouwen in deze korte tijd.  Alle Chinezen kennen de uitdrukking:’ Noordelijk been, Zuidelijke vuist’. De traditionele indeling van de verschillende Shaolin stijlen in een noordelijk en zuidelijke hoofdrichting is sindsdien een feit.

Anderen zeggen dat de Zuidelijke tempel pas aan het begin van  de vorige eeuw is afgebrand en vernietigd, omstreeks dezelfde tijd als de Noordelijke tempel dus. Maar waarschijnlijk heeft de Zuidelijke tempel al eerder opgehouden met bestaan en zijn de 2 tempels door elkaar gehaald.

Tot aan het begin van de jaren negentig is de exacte locatie van de Zuidelijke Shaolin tempel (of Fujian Shaolin) altijd verborgen gebleven totdat de overblijfselen van de tempel bij toeval gevonden werden. Dit gebeurde op een plaats die “Xi Tian Wei” heet, wat ‘het einde van de westelijke hemel’ betekend. De plaats ligt ongeveer een 18 kilometer van het centrum van Pu Tian City in de steek Fuzhou in de provincie Fujian. De naam van de tempel moet ‘Linquanyuan’ zijn geweest. Archeologische vondsten tonen aan dat deze tempel gebouwd moet zijn tijdens de heerschappij van Tang Keizer Zhen Guan (627-649). Dus ongeveer honderd jaar na de Noordelijke tempel. Dit wil nog niet zeggen dat er toen ook al de vechtkunsten van Shaolin werden beoefend. Het tempel complex is groter dan de Noordelijke tempel, alhoewel de Noordelijke tempel ook veel groter is geweest dan de huidige omvang.

Xi Lu legende

Het bekendste verhaal van de Shaolin tempel is de verhaal over het ontstaan van de geheime genootschappen, de Tiandihui (Genootschap van Hemel en Aarde). Vaak worden de gebeurtenissen gesitueerd in de Noordelijke tempel. Maar de Chinese legenden verwijzen duidelijk naar de Zuidelijke tempel in Fujian. Het verhaal is o.a. gebaseerd op daadwerkelijke gebeurtenissen, nl dat de monniken de keizer te hulp schoten.

Het lijkt erop dat de legende ontstaan is tijdens de periode van keizer Jiaqing, bedacht door de leden van de Tiandihui van latere generaties. De Tiandihui veranderden soms van naam om zo de autoriteiten te misleiden, en met hetzelfde idee is de legende waarschijnlijk gecreëerd om op die manier een anti Manchu sfeer te scheppen binnen de organisatie om zo de acties van de autoriteiten tegen de organisaties en hun leden tegen te werken.

Er zijn op dit moment 7 verschillende versies gevonden door de historici en op geen van alle is een datum te vinden, maar zeker is wel dat zij in verschillende tijden zijn geschreven. De versies zijn op vele verschillende plaatsen gevonden, maar zij hebben allen hetzelfde plot.

Hierna volgt een korte uiteenzetting van de Xi Lu legende:

De monniken van het Shaolin klooster helpen de keizer Kangxi om een invasie van de Xi Lu barbaren tegen te houden. Wie deze barbaren precies zijn is niet duidelijk en niet vast te stellen. Sommigen wetenschappers vermoeden zij uit Tibet afkomstig waren, anderen (Dr. Gustaaf Schlegel) zeggen dat het Mongolen waren. In de kronieken van de Qing Dynastie is terug te vinden dat rond de tijd van de Xi Lu aanval het rijk problemen had met de Mongolen, waarmee het een aannemelijke stelling is.

Na de overwinning keren zij terug naar de hoofdstad, waar zij alle beloningen weigeren; zij wensen slechts terug te keren naar het klooster om het Boeddhisme te bedrijven. Als de monniken later van het plannen van een rebellie beschuldigd worden (door een afvallige monnik die hen ten onrechte verraad) , geeft de keizer opdracht het klooster af te branden. De meeste monniken komen om het leven, maar 18 weten te ontsnappen. Dertien daarvan komen te overlijden door het harde leven, zodat er 5 (in sommige versies 6) overblijven. Zij besluiten zich te wijden aan een opstand tegen de Qing waarmee ze een eerste aanzet maakten tot het oprichten van de Tiandihui.

Gedurende hun reizen komen ze twee mannen tegen: Wan Yunlong, een Boeddhistische priester, die de eerste ‘oudere broer’ van de Tiandihui wordt, en Chen Jinnan, een voormalige academicus van de Hanlin Academie die ontslag bij de regering had genomen en het Daoïsme was gaan bestuderen. In de ene versie is Wan Yunlong de leider in de opstand tegen de Qing, en een andere versie is dat Chen Jinnan.

De meeste versies spreken over 107 volgelingen die een eed zworen op de 25ste van de 7de maand, en daarop de Tiandihui oprichten, dat zij daarna een rebellie organiseerde, tijdens welke een jong kind verscheen en de 108ste volgeling en de beoogde opvolger werd en dat daarna de opstand genadeloos neergeslagen werd.

De daarop volgende crematie en de begrafenis van Wan Yunlong komt in veel verschillende versie voor. In elke versie worden de ondernemingen van de monniken ondersteund door de plotselinge verschijning van een witte wierook brander, waarop de woorden “Fan Qing fu Ming” geschreven staan; ‘vernietig de Qing, herstel de Ming’.

Alhoewel het plot over het algemeen hetzelfde is, komen veel details niet overeen met elkaar. Personen, data, behulpzame goden en details over de gebeurtenissen verschillen van versie tot versie, met name de plaatsnamen veranderen voortdurend. In de latere versies is te zien dat de schrijver onregelmatigheden uit de oudere versie verbeterde. Na een vergelijking van de verschillende versies van de legende is het duidelijk dat het geen betrouwbare informatie kan geven over de formatie van de Tiandihui. Maar het wil niet zeggen dat de legende maar geheel terzijde geschoven kan worden. Als men de beschikbare archieven en de legende vergelijkt dan kan men zien dat fictie en werkelijkheid door elkaar heen lopen. Bijvoorbeeld de figuur Wan Yunlong, die na bestudering van de juiste archieven de monnik Wan Ti Xi bleek te zijn; de daadwerkelijke oprichter van de Tiandihui.

Na bestudering van de Xi Lu legende is men tot de conclusie gekomen dat de makers ervan veelvuldig gebruikt hebben gemaakt van andere historische gebeurtenissen, literatuur, theater, religie en populaire legendes. Bijvoorbeeld de rol van de Shaolin monniken; deze in waarschijnlijk gebaseerd op het (waar gebeurde) populaire verhaal over de Shaolin monniken uit de Tang Dynastie die keizer Taizong te hulp kwamen. De Qin leider Wang Shichong regeerde over het koninkrijk Yuanzhou, en viel de Tang hoofdstad aan en brandde het plat. Daarop kwamen de Shaolin monniken onder leiding van Zhi Cao van het echte Shaolin klooster, dat in het Song gebergte ligt, de keizer te hulp.

Tijdens de gevechten bleken 13 monniken op te vallen door hun prestaties. De keizer wilde hun belonen, maar op een na weigerden zijn de beloningen. Die ene ontving de militaire titel van Da Jiangjun (generaal). Dus de keizer beloonde de monniken maar door een plaquette, waarop de gebeurtenissen zijn vastgelegd. Deze plaquette is nog te zien bij het klooster.

Deze gebeurtenissen hebben waarschijnlijk als voorbeeld gediend voor de Xi Lu legende. Op deze manier is een verhaal ontstaan die nog maar heel weinig te maken heeft met de werkelijke ontstaansgeschiedenis van de Tiandihui. De legende kan niet gezien worden als een authentiek stuk geschiedenis, maar moet het gezien worden als een artefact van de populaire cultuur, met waardevolle inzichten in de psychologie van bepaalde elementen van de maatschappij in de negentiende eeuw.

. Verhalen zoals de volgende zijn talrijk:

“Zhi Shan, een leraar, kwam naar de Fujian Shaolin tempel om een systematiek te ontwikkelen voor de training in de vechtkunsten. Yin Hong shen die door de leden van de Hong beweging als stichter daarvan gezien wordt, stierf na een onsuccesvolle poging de Ming te steunen. Yin koos de naam van de eerste keizer van de Ming, Hong-wu, als naam voor het genootschap. Een jaar of tien later organiseerde de monniken van de Fujian Shaolin tempel een opstand tegen de Manchu. Het is onduidelijk welke rol zij in deze en verdere opstanden zij precies speelden, maar het is logisch om aan te nemen dat de monniken van beide tempels in aanzienlijke mate participeerden in de gevechtsactiviteiten tot aan de Boxer opstanden aan het begin van de twintigste eeuw.