Waarom in china

Van jongs af aan had ik al een onverklaarbare fascinatie voor het land, de geschiedenis en de cultuur. Na een mislukte poging Sinologie aan de universiteit van Leiden was het me duidelijk dat de wetenschappelijke aanpak van het land niet geschikt was voor mij, en besloot ik tot een meer praktische aanpak; er heen gaan. Om er langer te verblijven moet je natuurlijk wel een goed excuus hebben en de mijne was, verbazingwekkend genoeg misschien; leraar Engels. Het noordoosten is, zoals ik al zei, wat achtergebleven bij de rest van China en dat betekend ook dat de aantallen buitenlanders hier relatief laag zijn en ze moeilijk heen te lokken zijn. Ze zitten te springen om buitenlanders die Engels kunnen spreken, dus vandaar. Nadat ze overtuigd waren dat ik wel redelijk Engels spreek, vertrok ik naar Anshan.

Bij aankomst bleek gelijk al dat het klimaat ook nogal veeleisend is: -18.5 graden bij aankomst en al snel hoorde ik dat het zomers zo’n 35 kan worden. Ik ging voor een jaar; da’s moeilijk bagage meenemen kan ik je vertellen.

Mijn dagelijkse bezigheid in China was dus een beetje (12 – 14 lesuren per week) Engels brabbelen. De meeste leerlingen die ik had waren hoofdvakkers en dus redelijk gemotiveerd. De gemiddelde Chinese leraar draait uitermate droge lessen met de leerlingen en de buitenlanders zijn dus erg populair; een soort van speelkwartier zeg maar. Alles kan en mag, als het maar in het Engels is. Engels spreken doet de gemiddelde student Engels niet zo vaak; daar zijn de buitenlanders voor aangenomen. De meeste zijn erg zenuwachtig en zijn als de dood om een fout te maken; iets wat door de Chinese leraren genadeloos afgestraft zou worden. ‘Wij’ buitenlanders ziet het fouten maken als een essentieel onderdeel van het leerproces en dat vind men maar raar, maar op een gegeven moment zien ze het wel in. Na verloop van tijd komen ze los en gaan ze lekker brabbelen en dat is nou net de bedoeling: ze een beetje zelfvertrouwen geven en een kans om te oefenen. Grammatica en meer van die rare fratsen doen we als buitenlanders niet aan: de kennis van de leerlingen is op dat gebied ongetwijfeld vele malen hoger. Ook schrijven doen we liever niet daar we nog al een fouten maken. Daar word dan, volgens oude Chinese traditie, dan hartelijk om gelachen. En als de fout dan ook nog eens toegegeven word, is de verbazing groot maar word ook gewaardeerd. Hun Chinese leraren geven nooit fouten toe; leraren maken immers geen fouten!
Ik zal ook maar even vertellen wat ik verdiende (heel gewoon gespreksonderwerp in China overigens; iedereen vraagt bij introductie waar je vandaan komt en hoeveel je verdient.) Bij aanvang was dat 2.500 Yuan RMB. Geen vetpot maar genoeg om lekker te leven in een stad als Anshan. Ik woonde daar in een soort van hotel op campus. De mooiste en meest luxe kamers zijn gereserveerd voor de buitenlanders; bij aankomst was er nog een: een meisje uit Australië en ergens in het Zuiden van China was nog een Engels meisje bezig aan een rondreis. Met z’n 3-en dus.